vrijdag 10 januari 2014

Reis in de diepte

De meeste mensen reizen tegenwoordig in de breedte. Gebrek aan middelen en gebrek aan tijd houden mij wat dichter bij huis. Ik zal nooit New York zien, noch de Chinese Muur of Kaap de Goede Hoop. Hoeft ook niet. Het eiland Texel, omspoeld door golven in voortdurend wisselende kleuren, was dit jaar een prachtig decor om oud en nieuw te vieren. Ik wandelde er in de wind en ik maakte er ook een korte reis in de diepte, terug in de tijd. Op wat `het Russenkerkhof’ wordt genoemd, zagen we het gedenkteken voor de Georgiërs die zijn gevallen in de strijd tegen de Duitsers. Ik had al eens gelezen dat Texel pas op 20 mei 1945 was bevrijd, na hevige gevechten tussen Duitse militairen en opstandige Georgiërs. Alweer zo’n oorlogsepisode die vooral dankzij verhalen over individuele belevenissen oprijst uit het verleden, net als de gebeurtenissen in Rhoon die zo adembenemend werden beschreven in De vergelding van Jan Brokken.
Iemand gaf mij het boekje Sondermeldung Texel van Dick van Reeuwijk, veel dunner dan De vergelding en minder omgebouwd tot pakkend relaas, maar wel erg informatief. Wrede Duitsers, hulpvaardige Duitsers, Duitsgezinde Georgiërs, anti-Duitse Georgiërs, NSB’ers, onderduikers, verzetsstrijders… Allemaal weerden ze zich in april en mei 1945 op dat kleine eiland, waar ook nog `gewone’ Texelaars woonden. Die kwamen natuurlijk volledig in de knel. De slachtoffers vielen aan alle kanten, soms werd er in het wilde weg geëxecuteerd. Het begon allemaal op 5 april 1945, toen de Georgiërs in de nacht honderden Duitsers doodstaken. Daarna werd het een chaos waarin de kansen wisselden, totdat op 20 mei de Canadezen arriveerden.
Er staan schrijnende verhalen in Sondermeldung Texel, bijvoorbeeld over bakker Theo Smit uit Den Burg. Na de capitulatie werd deze hulpvaardige man alsnog doodgeschoten aan zijn eigen keukentafel, per ongeluk, door een bevriende Georgiër die wilde demonstreren dat er geen kogels meer in zijn revolver zaten. De weduwe Smit toont zich groots, als ze op die afschuwelijke gebeurtenis terugkijkt: `Ik heb ook altijd veel medelijden gehad met die Georgische jongen, om met zo’n schuld te moeten leven!’ Na jaren slaagt ze erin weer met hem in contact te treden. Ze schrijft hem een brief waarin ze meldt dat ze hem vergeven heeft. De Georgiër schrijft dankbaar terug, maar een ander gevolg is dat zoon Smit, die inmiddels bij de marine zat, bij de inlichtingendienst moest komen om te worden ondervraagd: waarom had zijn moeder een brief naar Georgië gestuurd? Er was op dat moment immers alweer een nieuwe oorlog begonnen: de koude.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten