De Rijn was buiten zijn oevers getreden, het Walhalla in
vlammen opgegaan, iedereen die ertoe deed was dood. Na de grimmige, meeslepende
Götterdämmerung in het Wilminktheater
in Enschede had ons gezelschap behoefte aan rust. In die stemming togen we de
volgende dag naar de statige beeldentuin rondom kasteel Het Nijenhuis, diep verscholen
in het Twentse land.
Ik ben altijd gevoelig voor een
lijntje met de literatuur. Daarom maakte het Hildebrandmonument van Jan Bronner
extra indruk. Dat monument omvat acht figuren uit de Camera Obscura, plus een beeld van de auteur zelf. Ze stonden daar
zo mooi bij elkaar tussen netjes geknipte hagen, verstilde burgerlijkheid in
het schrale zonlicht. Weer thuis heb ik meteen het boek uit de kast gepakt. Het
was een van mijn eerste Prismapockets
en het heeft vele verhuizingen meegemaakt voordat ik het eindelijk weer
eens opensloeg.
Om te beginnen herlas ik het
verhaal van Keesje het diakenhuismannetje, een oude man die de schoenen van
burgers poetst, hun kleren borstelt en zich met hun boodschappen door de stad
rept. Nederig, angstig, blij met een cent. In een leren zakje draagt hij al dertig
jaar het geld voor zijn begrafenis en voor een eigen doodshemd. Het zakje rust
dicht op zijn hart, als een belofte van postume waardigheid. Zijn leven lang
moest hij het hebben van krijgertjes, karige fooien, een `krib’ in de diakonie,
maar na zijn dood wil hij zo graag een hemd van zichzelf, en twaalf broeders
van eigen keuze die hem dragen. Even dreigt het geld hem te worden ontfutseld,
maar na overleg tussen allerlei voorname heren van een negentiende-eeuws old boys
network komt het gelukkig weer in orde.
Steeds vaker word ik gegrepen door verhalen over ouderdom en dood. Het
zal ongetwijfeld te maken hebben met de levensfase waarin ikzelf verkeer. De
negenenzestigjarige Keesje leek overigens in het geheel niet op de energieke
grijshoofden die Kasteel Het Nijenhuis tot in alle uithoeken bekeken, vanbuiten en vanbinnen. Waar zouden de musea zijn
zonder al die ouderen van tegenwoordig, zo driftig dorstend naar
cultuur?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten