De auteur was onlangs in het nieuws omdat ze medische gegevens over de ongelukkige prins Friso doorgaf aan haar krant, de NRC. Het kostte de krant een aantal abonnees en Koelewijn werd met de dood bedreigd, maar zoals dat gaat met krantennieuws: de opwinding is alweer grotendeels geluwd. Haar boek is ongetwijfeld duurzamer. Het is het levensverhaal van Koelewijns ouders en grootouders. Hun persoonlijke geschiedenis levert een mooi tijdsbeeld op, ingekleurd met treffende details.
In het heden is de moeder aan het dementeren en daardoor is ze vergeten dat ze ooit haar man heeft verlaten. Nu trekken ze weer veel met elkaar op. De wat verwarde, soms kribbige, soms tedere gesprekken tussen die twee zouden zo kunnen worden overgeheveld naar een toneelstuk. Het zijn prachtige dialogen. Het hoogtepunt van het verhaal komt aan het eind: de reis naar Parijs van de ouders met dochter Jannetje en een van haar zussen. Een knap staaltje zelfbeheersing van de auteur, om het beste voor het laatst te bewaren. In het hele boek wordt lenig door de tijd gesprongen, dus de auteur had ook met dit komische en tegelijk schrijnende bravourestukje kunnen beginnen.
Je leest geboeid en toch met enige gêne iets te veel intieme informatie. Een tijdje geleden noemde ik een ander boek van een dochter over haar vader (zie `Een papieren monument’, 9 oktober 2011). Wantje Fritschy formuleert gereserveerder, bij haar ligt het zwaartepunt bij het tijdsbeeld. Beide boeken hebben gemeen dat er oude financiële aantekeningen van de vader op de proppen komen. Een eigenaardige tegenstelling is dat: wat onszelf betreft praten we gemakkelijker over onze gevoelens dan over ons inkomen, maar uit vroegere tijden blijven vaak vooral de huishoudboekjes, loonstrookjes en bankafschriften bewaard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten