Zijn beeldspraak is verre van sober, en nog minder sober zijn de zinsconstructies. Heel karakteristiek zijn zinnen die beginnen met Car, bien que... (Want, hoewel...) Dat zijn meteen twee signalen over wat ons te wachten staat: ik, Descartes, ga iets verklaren, maar ik kan mijn redenering niet gladjes afwikkelen, want er zijn ook tegenargumenten. Deze vertaalster hakt zulke zinnen soms in kleinere stukken en slaat ze plat, om de inhoud toegankelijker te maken.
Taal en denken zitten dicht op elkaar. Wie zelf weleens iets schrijft, weet hoe de taal kan dwingen tot het ombuigen van de gedachten, omdat je pas tijdens het schrijven precies ziet wat je wilt zeggen. Zo volg ik Descartes door zijn syntactische bouwsels alsof ik hem volg door de stadia van zijn denken: stelling, tegenwerping, nuancering enz.
Voor wie iets van het Frans begrijpt, volgt hier ter illustratie een complexe zin uit de Dioptrique:
Car cette situation, se changeant tant soit peu, à chaque fois que se change celle des membres où ces nerfs sont insérés, est instituée de la Nature pour faire, non seulement que l’âme cognoisse en quel endroit est chaque partie du cors qu’elle anime, au respect de toutes les autres, mais aussi qu’elle puisse transférer de là son attention à tous les lieux contenus dans les lignes droites qu’on peut imaginer estre tirées de l’extrémité de chacune de ces parties, & prolongées à l’infini.
Pfoe, daar wil ik wel een vertaling bij...
BeantwoordenVerwijderen